Kraaien snappen analogie
Kraaien snappen analogie
Wow. Abstract denken. Niet alleen maar instrumenten maken. Dat zou betekenen dat kraaien net zo slim zijn als vierjarige mensenkinderen … Hoe test je dat? Met kaarten. Als volgt. Leg drie kaarten op drie bekertjes. Onder de goede kaart ligt een snack, de beloning. Bijvoorbeeld: op de middelste kaart staat een cirkel en een kruis. Op de linkerkaart staan twee vierkanten. Op de rechterkaart staan een vierkant en een driehoek. Onder welke zit de beloning? Juist, de rechter. De kraaien raadden bijna meteen goed, zonder te oefenen – ze begrepen dus het concept.
Update 16:19 – terechte kritiek van Rob Goossens, ik had de uitleg te summier weergegeven. Het spel is als volgt: je legt een kaart in het midden, en één van de twee kaarten, ter linker- of ter rechterzijde, past daarbij. Dat weet de kraai. Hij moet beslissen: links of rechts.
(R.G.: “Het verhaal van de kraai en de bekertjes zal veel lezers het idee hebben gegeven niet eens het intelligentieniveau van een vierjarige te hebben. Totaal niet duidelijk dat er geen beloning onder het middelste bekertje kón liggen, maar dat er een paar gevonden moest worden dat vergelijkbaar was met dat op de kaart in het midden.”)